Duitse synoniemen van Ärmlichkeit, ander woord voor Ärmlichkeit

Remove Ads

Overzicht

Duits Synoniemen: Meer gegevens...

Ärmlichkeit:
- Bedürftigkeit; Mangel; Knappheit; Defizit; Armut; Spärlichkeit; Ärmlichkeit; Ermangelung; Kargheit; Hilfsbedürftigkeit; Dürftigkeit; Hagerkeit; Magerkeit; Not; Mißgeschick; Rückschläge; Druck; Seuche; Elend; Katastrophe; Unglück; Schicksalsschläge; Schicksalsschlag

Duits

Uitgebreide synoniemen voor Ärmlichkeit in het Duits

Ärmlichkeit:

Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ärmlichkeit
die Bedürftigkeit; der Mangel; die Knappheit; Defizit; die Armut; die Spärlichkeit; die Ärmlichkeit; die Ermangelung; die Kargheit
- Bedürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Mangel [der ~] zelfstandig naamwoord
- Knappheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Defizit [das ~] zelfstandig naamwoord
- Armut [die ~] zelfstandig naamwoord
- Spärlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ermangelung [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kargheit [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ärmlichkeit
die Bedürftigkeit; die Hilfsbedürftigkeit; die Ärmlichkeit
- Bedürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Hilfsbedürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ärmlichkeit
die Kargheit; die Spärlichkeit; die Ärmlichkeit
- Kargheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Spärlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ärmlichkeit
die Kargheit; die Dürftigkeit; die Hagerkeit; die Magerkeit; die Ärmlichkeit
- Kargheit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Dürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Hagerkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Magerkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ärmlichkeit
die Bedürftigkeit; die Not; die Armut; Mißgeschick; die Rückschläge; der Druck; die Seuche; Elend; die Katastrophe; Unglück; der Schicksalsschläge; der Schicksalsschlag; die Hilfsbedürftigkeit; die Ärmlichkeit
- Bedürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Not [die ~] zelfstandig naamwoord
- Armut [die ~] zelfstandig naamwoord
- Mißgeschick [das ~] zelfstandig naamwoord
- Rückschläge [die ~] zelfstandig naamwoord
- Druck [der ~] zelfstandig naamwoord
- Seuche [die ~] zelfstandig naamwoord
- Elend [das ~] zelfstandig naamwoord
- Katastrophe [die ~] zelfstandig naamwoord
- Unglück [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schicksalsschläge [der ~] zelfstandig naamwoord
- Schicksalsschlag [der ~] zelfstandig naamwoord
- Hilfsbedürftigkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord
die Ärmlichkeit
die Ärmlichkeit
- Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

Remove Ads

Synoniemen voor "Ärmlichkeit" in het Duits

Uitgebreide synoniemen voor Ärmlichkeit in het Duits

Ärmlichkeit:

Ärmlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Ärmlichkeit

die Ärmlichkeit

die Ärmlichkeit

die Ärmlichkeit

die Ärmlichkeit

die Ärmlichkeit