Home ->Woordenboeken ->Duits/Duits ->Vertaal Aufruhr

Synoniemen voor "Aufruhr" in het Duits

Overzicht
Duits Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. Aufruhr:

Duits

Uitgebreide synoniemen voor Aufruhr in het Duits

Aufruhr:

Aufruhr [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Aufruhr
    der Aufstand; die Erhebung; der Aufruhr; die Rebellion; der Volksaufstand; die Auflehnung; die Volkserhebung
  2. der Aufruhr
    die Sensation; die Aufregung; der Aufruhr
  3. der Aufruhr
    der Lärm; der Tumult; der Spektakel; der Krach; der Rummel; der Radau; der starkeVerkehr; der Strudel; der Trubel; der Betrieb; der Skandal; der Spuk; der Aufruhr; der Andrang; der Umtrieb
    • Lärm [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Tumult [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Spektakel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Krach [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Rummel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Radau [der ~] zelfstandig naamwoord
    • starkeVerkehr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Strudel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Trubel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Betrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Skandal [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Spuk [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Aufruhr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Andrang [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Umtrieb [der ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Aufruhr
    der Aufruhr; die Unlust
    • Aufruhr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Unlust [die ~] zelfstandig naamwoord
  5. der Aufruhr
    Trara; der Krach; der Radau; der Tumult; der Trubel; der Aufruhr; der Spektakel
    • Trara [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Krach [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Radau [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Tumult [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Trubel [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Aufruhr [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Spektakel [der ~] zelfstandig naamwoord
  6. der Aufruhr
    die Ordnungswidrigkeit; der Krawall; der Aufruhr; der Radau; die Aufregung; der Krach
  7. der Aufruhr
    die Berührung; der Aufruhr; die Empörumg
  8. der Aufruhr
    der Aufstand; der Volksaufstand; der Krawall; der Tumult; der Widerstand; die Empörung; die Rebellion; die Volkserhebung; die Schlägerei; die Erhebung; der Auflauf; der Aufruhr; die Auflehnung

Aufruhr [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Aufruhr
    der Umsturz; die Aufruhr; die Revolution; der Volksaufstand

Alternatieve synoniemen voor "Aufruhr":


Verwante synoniemen voor Aufruhr







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0272 seconde
Page rendered in 1.0 seconds