Duits

Uitgebreide synoniemen voor Umriß in het Duits

Umriß:

Umriß [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Umriß
    der Umriß; die Kontur
    • Umriß [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Kontur [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Umriß
    die Form; die Kontur; der Umriß
    • Form [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Kontur [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Umriß [der ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Umriß
    die Kontur; der Umriß; der Umkreis
    • Kontur [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Umriß [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Umkreis [der ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Umriß
    die Zeichnung; die Skizze; der Entwurf; der Plan; die Darstellung; der Grundriß; die Umrißzeichnung; der Umriß