Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: Gesamtheit

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Gesamtheit

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Gesamtheit:
- completeness; fullness; commonness; usualness
Wiktionary:
- Gesamtheit → collectivity, entirety, totality

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gesamtheit (Duits) in het Engels

Gesamtheit:

Gesamtheit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Gesamtheit (Vollzähligkeit; Vollständigkeit)
the completeness; the fullness
- completeness [the ~] zelfstandig naamwoord
- fullness [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gesamtheit (Gültigkeit; Allgemeinheit; Gewohnheit; Sitte; Gepflogenheit; Angewohnheit)
the commonness; the usualness
- commonness [the ~] zelfstandig naamwoord
- usualness [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Gesamtheit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
commonness	Allgemeinheit; Angewohnheit; Gepflogenheit; Gesamtheit; Gewohnheit; Gültigkeit; Sitte	Gewöhnlichkeit
completeness	Gesamtheit; Vollständigkeit; Vollzähligkeit	Vollständigkeit
fullness	Gesamtheit; Vollständigkeit; Vollzähligkeit	Fülle; Vollständigkeit; Völle
usualness	Allgemeinheit; Angewohnheit; Gepflogenheit; Gesamtheit; Gewohnheit; Gültigkeit; Sitte

Synoniemen voor "Gesamtheit":

Palette; Spektrum; Summe; Vielfalt
Vollständigkeit

Wiktionary: Gesamtheit

Gesamtheit

noun

das Ganze, das Gesamte, die Gemeinschaft einer Gruppe
- Gesamtheit → collectivity; entirety; totality