Gewalt: vertaling Duits

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Gewalt:
- violence; force; strength; Violence; opportunities; chances; dispositional right
Wiktionary:
- Gewalt → authority, power, violence, force
- Gewalt → violence, emergency, force, strength, might, power, vigour, ability, capability, skill, puissance

Duits

Uitgebreide vertaling voor Gewalt (Duits) in het Engels

die Gewalt
the violence; the force; the strength
- violence [the ~] zelfstandig naamwoord
- force [the ~] zelfstandig naamwoord
- strength [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gewalt
the violence
- violence [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gewalt
the Violence
– A content descriptor developed by the Entertainment Software Rating Board (ESRB). ¹
- Violence [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gewalt
the Violence
– A content descriptor developed by the Computer Entertainment Rating Organization (CERO). ¹
- Violence [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gewalt (Gelegenheit zur Verwesentlichung; Möglichkeiten; Gelegenheiten; Potenz; Chancen; Dynamik; Stärke; Kraft; Energie)
the opportunities; the chances
- opportunities [the ~] zelfstandig naamwoord
- chances [the ~] zelfstandig naamwoord
die Gewalt (Verfügungsrecht)
the dispositional right
- dispositional right [the ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Violence	Gewalt	Violence
chances	Chancen; Dynamik; Energie; Gelegenheit zur Verwesentlichung; Gelegenheiten; Gewalt; Kraft; Möglichkeiten; Potenz; Stärke	Chancen; Gelegenheiten; Möglichkeiten
dispositional right	Gewalt; Verfügungsrecht
force	Gewalt	Angestellten; Antrieb; Antriebskraft; Arbeitskraft; Armee; Aufdrängen; Heer; Heeresmacht; Kraft; Kriegsmacht; Landmacht; Landtruppen; Macht; Militär; Motor; Personal; Streitmacht; Stärke; Triebkraft
opportunities	Chancen; Dynamik; Energie; Gelegenheit zur Verwesentlichung; Gelegenheiten; Gewalt; Kraft; Möglichkeiten; Potenz; Stärke	Chancen; Gelegenheiten; Möglichkeiten
strength	Gewalt	Arbeitsfähigkeit; Arbeitskraft; Arbeitslust; Dynamik; Energie; Entschiedenheit; Feurigkeit; Geschwindigkeit; Hektik; Inbrunst; Kraft; Leistungsfähigkeit; Macht; Muskelkraft; Muskelkräfte; Schneidigkeit; Schnellheit; Seele; Spannkraft; Stämmigkeit; Stärke; Tatkraft; Triebkraft; Vermögen; starke Seite
violence	Gewalt	Bissigkeit; Brunst; Eifer; Grellheit; Grimmigkeit; Heftigkeit; Inbrunst; Intensität; Leidenschaftlichkeit; Schärfe; Stachlichkeit; Stärke; Ungestüm
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
force		andringen; beauftragen; befehlen; dringen; durchführen; durchsetzen; erzwingen; forcieren; gebieten; genötigt sein zu; kommandieren; nötigen; pressen; zwingen; zwängen

Gewalt

noun

Fähigkeit oder Möglichkeit, über jemanden zu bestimmen
- Gewalt → authority; power
ohne Plural: erhebliche oder übermäßige Kraft, dies bei gezieltem Tun gegen Widerstände, oft ohne Legitimation
- Gewalt → violence

Gewalt

noun

anything that is able to make a big change in person or thing
- force → Gewalt
extreme force
- violence → Gewalt
action intended to cause destruction, pain or suffering
- violence → Gewalt; Gewalttaten

Cross Translation:

From	To	Via
• Gewalt	→ violence	↔ geweld — elke kracht van meer dan geringe betekenis uitgeoefend op personen, goederen of zaken
• Gewalt	→ emergency	↔ cas de force majeure — cas, circonstance supprimant la responsabilité humaine, ou nécessitant impérativement une solution, même si celle-ci ne respecte pas les règles en vigueur.
• Gewalt	→ force; strength; might; power; vigour	↔ force — faculté naturelle d’agir vigoureusement, en particulier en parlant de l’homme et des animaux.
• Gewalt	→ ability; capability; power; skill	↔ habilité — rare\|fr droit\|fr résultat de l’habilitation, aptitude.
• Gewalt	→ power; force; puissance	↔ puissance — pouvoir d’imposer son autorité.