Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Aufwendung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufwendung (Duits) in het Engels

Aufwendung:

Aufwendung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Aufwendung (Ehrerbietung erweisen; Preis; Kosten; Gewinn)
    the achievement award; the token of appreciaton; the honour; the accolade; the honor

Vertaal Matrix voor Aufwendung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accolade Aufwendung; Ehrerbietung erweisen; Gewinn; Kosten; Preis Akkolade
achievement award Aufwendung; Ehrerbietung erweisen; Gewinn; Kosten; Preis
honor Aufwendung; Ehrerbietung erweisen; Gewinn; Kosten; Preis Ehre; Ehrgefühl; Orden; Stolz; Unterscheidungsmerkmal; Unterscheinungszeichen
honour Aufwendung; Ehrerbietung erweisen; Gewinn; Kosten; Preis Ehre; Ehrgefühl; Orden; Stolz; Unterscheidungsmerkmal; Unterscheinungszeichen; ehrende Auszeichnung
token of appreciaton Aufwendung; Ehrerbietung erweisen; Gewinn; Kosten; Preis
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
honor Ehrfurcht bezeigen; achten; auszahlen; bekleiden; belohnen; besolden; bezahlen; ehren; entgelten; herausstreichen; hochachten; hochhalten; honorieren; huldigen; indenHimmelheben; innehaben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen; vergüten; versehen
honour Ehrfurcht bezeigen; achten; auszahlen; bekleiden; belohnen; besolden; bezahlen; ehren; entgelten; herausstreichen; hochachten; hochhalten; honorieren; huldigen; indenHimmelheben; innehaben; loben; lobpreisen; preisen; rühmen; segnen; vergüten; versehen

Synoniemen voor "Aufwendung":


Wiktionary: Aufwendung

Aufwendung
noun
  1. deutsches Zivilrecht: freiwilliges Vermögensopfer für fremde Interessen
Aufwendung
noun
  1. amount expended