Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Feindschaft

Vertaal Feindschaft van Duits naar Engels

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Feindschaft:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Feindschaft (Duits) in het Engels

Feindschaft:

Feindschaft [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Feindschaft (Haß)
    the enmity; the hatred; the hate; the intolerance
    • enmity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hatred [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hate [the ~] zelfstandig naamwoord
    • intolerance [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Feindschaft (Animosität; Haß)
    the animosity; the enmity; the feud
    • animosity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • enmity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • feud [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Feindschaft (Fehde; Feindseligkeit; Animosität)
    the feud; the animosity; the enmity; the rancour; the rancor
    • feud [the ~] zelfstandig naamwoord
    • animosity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • enmity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rancour [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • rancor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
  4. die Feindschaft (Reliogionshaß; Haß)
    the enmity; the intolerance; the religious hatred
  5. die Feindschaft (Feindseligkeit; Ärger; Haß; )
    the grumpiness; the peevishness; the testiness

Vertaal Matrix voor Feindschaft:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
animosity Animosität; Fehde; Feindschaft; Feindseligkeit; Haß Feindlichkeit; Feindseligkeit; Groll
enmity Animosität; Fehde; Feindschaft; Feindseligkeit; Haß; Reliogionshaß Feindlichkeit; Feindseligkeit; Groll
feud Animosität; Fehde; Feindschaft; Feindseligkeit; Haß
grumpiness Feindschaft; Feindseligkeit; Groll; Haß; Kratzbürstigkeit; Mürrigkeit; Ärger
hate Feindschaft; Haß
hatred Feindschaft; Haß
intolerance Feindschaft; Haß; Reliogionshaß
peevishness Feindschaft; Feindseligkeit; Groll; Haß; Kratzbürstigkeit; Mürrigkeit; Ärger Unmut; Verstimmung; Verärgerung; schlechter Laune; Ärger
rancor Animosität; Fehde; Feindschaft; Feindseligkeit Nachtragendheit; Ressentiment; Unversöhnlichkeit
rancour Animosität; Fehde; Feindschaft; Feindseligkeit Nachtragendheit; Ressentiment; Unversöhnlichkeit
religious hatred Feindschaft; Haß; Reliogionshaß
testiness Feindschaft; Feindseligkeit; Groll; Haß; Kratzbürstigkeit; Mürrigkeit; Ärger Empfindlichkeit; Erregbarkeit; Reizbarkeit; Unmut; Verstimmung; Verärgerung; Zimperlichkeit; Ärger
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hate hassen
rancor blamieren; entgegenhalten; jemandem etwas nachtragen; nachtragen; nachtragend sein; rügen; schelten; tadeln; verleumden; verweisen; vorhalten; vorrücken; vorwerfen; zurechtweisen
rancour blamieren; entgegenhalten; jemandem etwas nachtragen; nachtragen; nachtragend sein; rügen; schelten; tadeln; verleumden; verweisen; vorhalten; vorrücken; vorwerfen; zurechtweisen

Synoniemen voor "Feindschaft":


Wiktionary: Feindschaft

Feindschaft
noun
  1. Gegnerschaft; feindliche Haltung/ Gesinnung
Feindschaft
noun
  1. A state of long-standing mutual hostility
  2. hostile or unfriendly disposition
Cross Translation:
FromToVia
• Feindschaft → enmity; hostility ↔ vijandschap — een toestand van op voet van oorlog zijn







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0232 seconde
Page rendered in 1.0 seconds