Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Freibrief:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Freibrief (Duits) in het Engels

Freibrief:

Freibrief [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Freibrief
    the safe-conduct; the permit; the licence; the safeguard; the license
    • safe-conduct [the ~] zelfstandig naamwoord
    • permit [the ~] zelfstandig naamwoord
    • licence [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • safeguard [the ~] zelfstandig naamwoord
    • license [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor Freibrief:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
licence Freibrief Autorisation; Bevollmächtigung; Bewilligung; Diplom; Erlaubnis; Ermächtigung; Fahrerlaubnis; Führerschein; Genehmigung; Lizensrecht; Lizenz; Schankkonzession; Urkunde; Vollmacht; Zertifikat; Zulassung; freies Geleit
license Freibrief Autorisation; Bevollmächtigung; Bewilligung; Diplom; Erlaubnis; Ermächtigung; Fahrerlaubnis; Führerschein; Genehmigung; Lizensrecht; Lizenz; Schankkonzession; Urkunde; Vollmacht; Zertifikat; Zulassung; freies Geleit
permit Freibrief Ausweis; Begleitzettel; Bewilligung; Eintrittskarte; Erlaubnis; Karte; Paß; Platzkarte; Reisedokument; freies Geleit
safe-conduct Freibrief freies Geleit
safeguard Freibrief Schutzvorrichtung; freies Geleit
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
permit ausstellen; austeilen; befähigen; beipflichten; beistimmen; bekräftigen; bewilligen; eingestehen; einlenken; einräumen; einsehen; einweisen; einwilligen; entgegenkommen; erlauben; genehmigen; gestatten; gestehen; gewähren; gutheißen; in die Lage versetzen; instand setzen; lassen; nachgeben; zuerkennen; zugeben; zugestehen; zulassen; zustimmen; zuweisen
safeguard abschirmen; behüten; hüten; schutzen; schützen; sicher stellen; sicher wegräumen; sichern; sicherstellen

Synoniemen voor "Freibrief":