Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Grenzübergang:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Grenzübergang (Duits) in het Engels

Grenzübergang:

Grenzübergang [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Grenzübergang (Grenzstelle)
    the frontier; the border
    • frontier [the ~] zelfstandig naamwoord
    • border [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Grenzübergang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
border Grenzstelle; Grenzübergang Auflage; Besatz; Beschlag; Borte; Grenze; Grenzlinie; Grenzstelle; Kante; Krempe; Landesgrenze; Leiste; Rahmen; Rand; Saum; Streifen; Tresse; Verbrämung
frontier Grenzstelle; Grenzübergang Grenze; Grenzlinie; Grenzstelle; Landesgrenze
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
border angrenzen; anliegen; besetzen; einfassen; einsäumen; falbeln; grenzen an; säumen; umranden

Wiktionary: Grenzübergang

Grenzübergang
noun
  1. Stelle, an der man eine von Ordnungskräften kontrollierte Grenze zwischen Staaten passieren kann