Duits

Uitgebreide vertaling voor Quälerei (Duits) in het Engels

Quälerei:

Quälerei [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Quälerei (Mißhandlung)
    the molestation; the nuisance
  2. die Quälerei (Qual; Kummer; Folter)
    the mournfulness; the sorrow; the regret; the dejection; the melancholy; the wistfulness; the depression; the sadness
  3. die Quälerei (Neckerei)
    the bantering; the teasing; the rallying; the chaff; the nagging
    • bantering [the ~] zelfstandig naamwoord
    • teasing [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rallying [the ~] zelfstandig naamwoord
    • chaff [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nagging [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Quälerei:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bantering Neckerei; Quälerei
chaff Neckerei; Quälerei Stroh
dejection Folter; Kummer; Qual; Quälerei Depression; Melancholie; Mutlosigkeit; Niedergeschlagenheit; Schlaffheit; Schlappheit; Schwermut; Traurigkeit; Trübseligkeit; Trübsinn; Trübsinnigkeit; Unbehagen
depression Folter; Kummer; Qual; Quälerei Depression; Einstürze; Gemütsleiden; Geschäftsflaute; Geschäftsstille; Melancholie; Mutlosigkeit; Schlaffheit; Schlappheit; Schwermut; Tief; Tiefkonjunktur; Traurigkeit; Trübseligkeit; Trübsinn; Trübsinnigkeit; Unbehagen
melancholy Folter; Kummer; Qual; Quälerei Betrübnis; Melancholie; Mutlosigkeit; Schwermut; Traurigkeit; Trübseligkeit; Trübsinn; Trübsinnigkeit; Wehmut
molestation Mißhandlung; Quälerei
mournfulness Folter; Kummer; Qual; Quälerei Bekümmernis; Betrübnis; Gram; Trauer; Traurigkeit; Trübsal
nagging Neckerei; Quälerei Gejammer; Geleier; Gemecker; Genörgel; Gequake; Gequengel; Geschwatze; Getratsche; Piesacken; Zwiebeln
nuisance Mißhandlung; Quälerei Behinderung; Belästigung; Beschwerde; Beschwerlichkeit; Ergernis; Ergernisse; Irritation; Lästigkeit; Quälgeist; Ranger; Schadensfaktor; Schwierigkeit; Störung; Unannehmlichkeit; Unbequemlichkeit; Ungemach; Unruhestifter; lästige Person; lästiger Mensch; lästiges Kind; Ärger; Ärgerlichkeit; Ärgernis; Übel; Überbelästigung
rallying Neckerei; Quälerei
regret Folter; Kummer; Qual; Quälerei Reue
sadness Folter; Kummer; Qual; Quälerei Bekümmernis; Betrübnis; Gram; Kummer; Leid; Mühe; Pein; Schmerz; Trauer; Traurigkeit; Trübsal; Wehmut
sorrow Folter; Kummer; Qual; Quälerei Bekümmernis; Betrübnis; Gram; Kummer; Leid; Misere; Mißgeschick; Mühe; Not; Pein; Schicksalsschlag; Schicksalsschläge; Schlamassel; Schmerz; Trauer; Traurigkeit; Trübsal; Unglück; Verdruß
teasing Neckerei; Quälerei Piesacken; Zwiebeln
wistfulness Folter; Kummer; Qual; Quälerei
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
regret bedauern; beklagen; betrauern; beweinen; etwas bedauern; leid tun
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
melancholy wehmütig
nagging barsch; brüsk; griesgrämig; knurrig; quälend; sauertöpfisch; schlechtgelaunt

Synoniemen voor "Quälerei":


Wiktionary: Quälerei

Quälerei
noun
  1. wickedness, cruelty
  2. cruel act