Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Seebär:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Seebär (Duits) in het Engels

Seebär:

Seebär [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Seebär (Robbe; Seehund)
    the seal
    • seal [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Seebär
    the sea dog; the Jack tar; the salt
    • sea dog [the ~] zelfstandig naamwoord
    • Jack tar [the ~] zelfstandig naamwoord
    • salt [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Seebär
    the sea bear
    • sea bear [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Seebär:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Jack tar Seebär
salt Seebär Salz
sea bear Seebär
sea dog Seebär
seal Robbe; Seebär; Seehund Amtssiegel; Eichung; Garantie; Garantieschein; Gepräge; Gewähr; Klebemarke; Lacksiegel; Marke; Robbe; Siegel; Stempel; Stempelbogen; Stempelmarke; Stempeln; Versiegeln
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
salt einkochen; einlegen; einmachen; einpökeln; einsalzen; konservieren; salzen
seal abdichten; abschliessen; abstempeln; beglaubigen; bekräftigen; besiegeln; dichten; isolieren; schließen; sperren; stempeln; verschließen; versiegeln; zumachen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
salt eingesalzen; gepökelt

Wiktionary: Seebär

Seebär
noun
  1. Namensteil verschiedener Arten der Ohrenrobben
  2. robuster, erfahrener Seemann
Seebär
noun
  1. marine mammal
  2. sailor accustomed to the sea

Cross Translation:
FromToVia
Seebär seadog zeebonk — ervaren zeeman