Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. anschreien:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor anschreien (Duits) in het Engels

anschreien:

anschreien werkwoord

  1. anschreien (anschnauzen)
    to yell; to bawl; to let someone have it
    • yell werkwoord (yells, yelled, yelling)
    • bawl werkwoord (bawls, bawled, bawling)
    • let someone have it werkwoord (lets someone have it, let someone have it, letting someone have it)

Vertaal Matrix voor anschreien:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
yell Ausruf; Kampfruf; Kriegsruf; Ruf; Schrei
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bawl anschnauzen; anschreien ausfahren; ausschimpfen; beschimpfen; brüllen; donnern; ferkeln; lärmen; meckern; poltern; rasen; sauen; schallen; schelten; schimpfen; toben; tosen; wettern; wüten
let someone have it anschnauzen; anschreien brüllen; donnern; ferkeln; rasen; sauen; schallen; toben; wettern
yell anschnauzen; anschreien ausfahren; bellen; brüllen; donnern; dröhnen; fegen; ferkeln; grassieren; hausen; herausschreien; heulen; jagen; jauchzen; johlen; jubeln; keifen; kläffen; lautauf schreien; lärmen; plärren; poltern; rasen; sauen; sausen; schallen; schelten; schimpfen; schreien; singen; skandieren; toben; tosen; wettern; wüten; zischen

Wiktionary: anschreien

anschreien
verb
  1. to treat with shouts or clamor