Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. vulgär:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vulgär (Duits) in het Engels

vulgär:

vulgär bijvoeglijk naamwoord

  1. vulgär (ordinär; platt)
    racial
    • racial bijvoeglijk naamwoord
  2. vulgär (platt; ordinär; schäbig; )
    crude; vulgar
    • crude bijvoeglijk naamwoord
    • vulgar bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor vulgär:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
crude banal; gewöhnlich; ordinär; platt; schofel; schäbig; vulgär aufrichtig; eben; egal; fair; fein; flach; freigegeben; geradeheraus; gerecht; geöffnet; gleich; herzlich; offen; offenherzig; platt; primitiv; pur; rein; tiefstehend; treu; treugesinnt; treuherzig; unlackiert; unverblühmt; unverblümt; unverfälscht; unverhohlen; öffentlich
racial ordinär; platt; vulgär
vulgar banal; gewöhnlich; ordinär; platt; schofel; schäbig; vulgär abgestanden; ausschweifend; banal; bäuerisch; derb; dick; dumpf; dumpfig; dürftig; eben; egal; ekelhaft; falsch; faul; fett; fettartig; fettig; flach; garstig; gleich; grob; heimtückisch; hinterhältig; hinterlistig; locker; obszön; platt; rüde; schal; schamlos; schlüpfrig; schmierig; schmuddelig; schmutzig; schmählich; schofel; schuftig; schäbig; schändlich; trivial; unflätig; ungehobelt; ungeschlacht; ungeschliffen; zügellos

Synoniemen voor "vulgär":


Wiktionary: vulgär

vulgär
adjective
  1. die kulturellen, sittlichen Konventionen der Gesellschaft verletzend
vulgär
adjective
  1. scurrilous; obscene or profane; abusive
  2. morally unclean, obscene or indecent
  3. Dishonorable; base; vulgar; raunchy
  4. obscene
  5. having to do with common people