Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Freizeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Freizeit (Duits) in het Spaans

Freizeit:

Freizeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Freizeit (Exerzitien)
    el retiro
    • retiro [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Freizeit
    el ocio
    • ocio [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Freizeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ocio Freizeit Auslauf; Faulenzerei; Leere; Leerheit; Leerlauf; Müßiggang; Nichtstun; Öde
retiro Exerzitien; Freizeit Arbeitsunfähigkeitsrente; Leibrente; Pension; Rente; jährliche Zuwendung

Synoniemen voor "Freizeit":


Wiktionary: Freizeit

Freizeit
noun
  1. frei verfügbare Zeit (Singularetantum)

Cross Translation:
FromToVia
Freizeit tiempo libre; ocio; tiempo ocio free time — time that can be spent on one's own activities rather than work
Freizeit tiempo libre; ocio leisure — time free