Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Zoff

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Zoff

Overzicht

Duits naar Frans: Meer gegevens...

Zoff:
- petit hibou; chouette; mite; hibou; teigne; papillon; petite chouette
Wiktionary:
- Zoff → trouble, bringue, ostination, raisons, astination, obstination, difficulté, formance, chiale, chiâle, chicane, scène, prise de bec, querelle, grabuge, engueulade, dispute, empoignade, démêlé, chamaillerie, chamaille, bisbille, brouille, bagarre, altercation, accrochage, emmerde

Duits

Uitgebreide vertaling voor Zoff (Duits) in het Frans

Zoff:

Zoff [der ~] zelfstandig naamwoord

der Zoff (Motte; Springer)
le petit hibou; la chouette; la mite; l'hibou; la teigne; le papillon; la petite chouette
- petit hibou [le ~] zelfstandig naamwoord
- chouette [la ~] zelfstandig naamwoord
- mite [la ~] zelfstandig naamwoord
- hibou [le ~] zelfstandig naamwoord
- teigne [la ~] zelfstandig naamwoord
- papillon [le ~] zelfstandig naamwoord
- petite chouette [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zoff:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
chouette	Motte; Springer; Zoff	Dumme; Dummkopf; Hohlkopf; Kauz; Schafskopf; Steineule; Steinkauz; Strohkopf
hibou	Motte; Springer; Zoff	Dumme; Dummkopf; Eule; Hohlkopf; Kauz; Schafskopf; Strohkopf; Waldohreule
mite	Motte; Springer; Zoff	Falle; Klampe; Klemme; Krampe; Milbe
papillon	Motte; Springer; Zoff	Schmetterling; steife Fliege
petit hibou	Motte; Springer; Zoff
petite chouette	Motte; Springer; Zoff
teigne	Motte; Springer; Zoff
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
chouette		affentittengeil; amüsant; angenehm; attraktiv; außergewöhnlich; behaglich; besonders toll; drollig; entzückend; erfreulich; ergötzlich; fabelhaft; fein; fesch; freundlich; freundschaftlich; geistreich; gemütlich; geschmackvoll; gesellig; gutaussehend; herrlich; herzlich; humoristisch; hübsch; komisch; lieb; liebenswürdig; lustig; nett; originell; pfiffig; possenhaft; possierlich; prima; reizend; schalkhaft; schelmisch; schmuck; schön; spaßhaft; spaßig; sympathisch; süß; toll; ulkig; unvergleichbar; unvergleichlich; vergnüglich; vergnügt; witzig; wohltuend

Synoniemen voor "Zoff":

Auseinandersetzung; Clinch; Fehde; Gekabbel; Gerangel; Hickhack; Klinsch; Knatsch; Konflikt; Kontroverse; Krach; Rangelei; Reiberei; Schererei; Schlagabtausch; Streit; Streitigkeit; Wickel; Wortwechsel; Zank; Zwist; Zwistigkeit

Wiktionary: Zoff

Zoff

noun

Deutschland, Schweiz; umgangssprachlich: Ärger; Streit, Zank; Unfrieden
- Zoff → trouble; bringue; ostination; raisons; astination; obstination; difficulté; formance; chiale; chiâle; chicane; scène; prise de bec; querelle; grabuge; engueulade; dispute; empoignade; démêlé; chamaillerie; chamaille; bisbille; brouille; bagarre; altercation; accrochage

Zoff

noun

populaire|fr terme|souvent au pluriel situation ou affaire délicate qui provoque de l’inquiétude, de l’angoisse ou de la contrariété.
- emmerde → Schererei; Klemme; Patsche; Tinte; Zoff