Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Ausstand:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausstand (Duits) in het Frans

Ausstand:

Ausstand [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Ausstand (Aufenthalt; Aufschub)
    le délai; le retard
    • délai [le ~] zelfstandig naamwoord
    • retard [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Ausstand:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
délai Aufenthalt; Aufschub; Ausstand Abschnitt; Aufschub; Durchlaufzeit; Einsendeschluß; Frist; Galgenfrist; Periode; Phase; Spanne; Spielzeit; Termin; Verschiebung; Vertagung; Verzögerung; Zeitabschnitt; Zeitbestimmung; Zeitlimit; Zeitraum; Zeitspanne; Zwischenzeit
retard Aufenthalt; Aufschub; Ausstand Aufschub; Rückstand; Verzögerung

Synoniemen voor "Ausstand":


Wiktionary: Ausstand

Ausstand
noun
  1. Streik, Arbeitsniederlegung
Ausstand
noun
  1. Somme due à un créancier
  2. Entente, accord des salariés d’une usine, d'une entreprise, d’une profession, pour cesser leur travail jusqu’à ce qu’ils aient obtenu une augmentation... (Sens général).
  3. Cessation d’activité comme moyen de pression politique.