Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Reis:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Reis (Duits) in het Frans

Reis:

Reis [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Reis
    le riz
    • riz [le ~] zelfstandig naamwoord

Reis [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Reis (junger Zweig)
    le scion; le brin; le rameau; la ramification; la branche
    • scion [le ~] zelfstandig naamwoord
    • brin [le ~] zelfstandig naamwoord
    • rameau [le ~] zelfstandig naamwoord
    • ramification [la ~] zelfstandig naamwoord
    • branche [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Reis:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
branche Reis; junger Zweig Abteilung; Anteil; Ast; Baumzweig; Bestandteil; Betriebszweig; Branche; Element; Fach; Fachbereich; Fachgebiet; Gabelung; Geschäftsstelle; Geschäftszweig; Gewerbezweig; Segment; Sektion; Sektor; Spezialgebiet; Sproß; Stück; Teil; Teilchen; Verzweigung; Verästelung; Zweig
brin Reis; junger Zweig Bißchen; Halm; Stengel; Stiel
rameau Reis; junger Zweig
ramification Reis; junger Zweig Abteilung; Abzweigung; Fachbereich; Gabelung; Geschäftsstelle; Sektion; Verzweigung; dreiarmige Weggabelung
riz Reis
scion Reis; junger Zweig
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
branche Bedingungsverzweigung; Verzweigung; Verzweigungselement

Synoniemen voor "Reis":


Wiktionary: Reis

Reis
  1. weißes, gekocht gegessenes Getreide
Reis
noun
  1. Plante et grain (sauf mention contraire)

Cross Translation:
FromToVia
Reis riz rice — plants
Reis riz; arroz rice — seeds used as food
Reis scion scion — (detached) shoot or twig

Verwante vertalingen van Reis