Duits

Uitgebreide vertaling voor Schenker (Duits) in het Frans

Schenker:

Schenker [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schenker (Donator)
    le donateur; le donneur; le bienfaiteur; le patron; le mécène; le protecteur
  2. der Schenker (Geber; Spender)

Vertaal Matrix voor Schenker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bienfaiteur Donator; Schenker Beschützer; Förderer; Gönner; Schirmherr; Vorgesetzte; Wohltäter
celui qui distribue les cartes Geber; Schenker; Spender
donateur Donator; Schenker
donneur Donator; Schenker Spender; Spenderin
mécène Donator; Schenker Beschützer; Förderer; Gönner; Schirmherr; Vorgesetzte
patron Donator; Schenker Anführer; Anführerin; Arbeitgeber; Beschützer; Boss; Chef; Dessin; Direktor; Form; Förderer; Führer; Fürst; Gebieter; Geschützführer; Gießform; Gußform; Gönner; Haupt; Hauptmann; Hauptmänner; Heilige; Herr; Herrscher; Kapitän; Kommandant; Kommandeur; Leiter; Lotse; Modellblatt; Motiv; Muster; Oberhaupt; Reiseführer; Schablone; Schiffskapitän; Schirmherr; Schnitt; Schnittmuster; Schutzpatron; Vorgesetzte; Vormann; Vorsteher; Zeichnung
personne qui fait le partage Geber; Schenker; Spender
protecteur Donator; Schenker Aufseher; Beschützer; Doktorvater; Förderer; Führer; Gönner; Hüter; Lotse; Manndecker; Promotor; Reiseführer; Schirmherr; Verfechter; Verteidiger; Vertreter; Vorgesetzte; Wächter; Wärter; wer beschützt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
protecteur behütend; geschützt; schützend

Synoniemen voor "Schenker":

  • Gönner; Schenkender; Zuwendender