Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Sport treiben:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sport treiben (Duits) in het Frans

Sport treiben:

Sport treiben werkwoord

  1. Sport treiben
    pratiquer; exercer; faire
    • pratiquer werkwoord (pratique, pratiques, pratiquons, pratiquez, )
    • exercer werkwoord (exerce, exerces, exerçons, exercez, )
    • faire werkwoord (fais, fait, faisons, faites, )

Vertaal Matrix voor Sport treiben:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pratiquer Doktoren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exercer Sport treiben ausbilden; ausüben; bedecken; bekleiden; betreiben; beziehen; bilden; einstudieren; einüben; entwickeln; exerzieren; heranbilden; innehaben; proben; repetieren; sichwiederholen; studieren; trainieren; treiben; verdecken; verkleiden; versehen; üben
faire Sport treiben abmachen; anfangen; anfertigen; anheben; anrichten; anstiften; antun; aufnehmen; auslösen; ausrichten; ausüben; beginnen; betreiben; bewirken; bilden; einsetzen; entstehen; entwerfen; entwickeln; erfinden; erfüllen; erledigen; erreichen; erschaffen; erzeugen; fabrizieren; fertig bringen; formen; gestalten; handeln; herbeiführen; herstellen; hervorbringen; hinkriegen; ins Leben rufen; konstruieren; kreieren; leisten; machen; pflegen; produzieren; schaffen; schöpfen; schütten; skizzieren; starten; treiben; tun; verfertigen; verrichten; verursachen; vollziehen; vornehmen
pratiquer Sport treiben ausüben; beschäftigen; betreiben; sich beschäftigen; treiben; unterhalten

Synoniemen voor "Sport treiben":

  • ertüchtigen; körperlich ertüchtigen; sporteln; trainieren; sich körperlich betätigen

Wiktionary: Sport treiben


Cross Translation:
FromToVia
Sport treiben faire du sport sporten — aan sport doen

Verwante vertalingen van Sport treiben