Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Wisch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Wisch (Duits) in het Frans

Wisch:

Wisch [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Wisch (Ertrag; Ernte; Pflücken; )
    la récolte; la cueillette; la vendange
  2. der Wisch (Lumpen; Läppchen; Lappen; )
    la guenille; la loque; la gnognotte; l'haillon; le petit coupon; le chiffon; le torchon; le papier; la chiffe
    • guenille [la ~] zelfstandig naamwoord
    • loque [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gnognotte [la ~] zelfstandig naamwoord
    • haillon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • petit coupon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • chiffon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • torchon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • papier [le ~] zelfstandig naamwoord
    • chiffe [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Wisch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chiffe Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug Fetzen; Putztuch; Scheuerlappen; Schlemihl; Schwächling; Waschlappen; Wischer
chiffon Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug Abschnitt; Coupon; Differenz; Fetzen; Fleck; Flicken; Flicklappen; Kassenschein; Kupon; Lappen; Lumpen; Marke; Pfuscher; Putztuch; Reklamezettel; Rest; Restant; Restbestand; Restposten; Riester; Schein; Scheuerlappen; Schlacke; Schuster; Staubtuch; Staubtücher; Stoffetzen; Stofflappen; Stück; Stück Stoff; Stümper; Surplus; Tuch; Zettel; kleineSchwanz; kleineSchwänze; Überbleibsel; Überrest
cueillette Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Traubenlese; Weinlese
gnognotte Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
guenille Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
haillon Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
loque Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug Pfuscher; Schuster; Stümper
papier Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug Papier
petit coupon Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug
récolte Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Gewinnung; Hervorbringung; Lese; Pflücken; Traubenlese; Weinlese
torchon Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Stoffetzen; Stofflappen; Wisch; wertlose Zeug Abschnitt; Abwaschtuch; Coupon; Fetzen; Flicken; Flicklappen; Geschirrtuch; Handtuch; Küchentuch; Lappen; Lumpen; Putztuch; Rest; Restant; Restbestand; Restposten; Scheuerlappen; Stoffetzen; Stofflappen; Stück; Stück Stoff; Trockentuch; Tuch; Wischtuch
vendange Büschel; Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Lese; Pflücken; Weinlese; Wisch Einsammlung; Ernte; Ertrag; Erträge; Gewinnung; Hervorbringung; Lese; Pflücken; Traubenlese; Weinlese

Synoniemen voor "Wisch":


Wiktionary: Wisch

Wisch
noun
  1. (umgangssprachlich) abwertend: Schriftstück, das als wertlos betrachtet wird, insbesondere solche von Behörden und offiziellen Stellen

Cross Translation:
FromToVia
Wisch brin; fétu; touffe wisp — a small bundle, as of straw or other like substance