Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Vertaal wringen

Vertaal wringen van Duits naar Frans

Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. wringen:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor wringen (Duits) in het Frans

wringen:

wringen werkwoord (wringe, wringst, wringt, wrang, wrangt, gewrungen)

  1. wringen (mit jemandem ringen; klemmen; kämpfen; )
    lutter; catcher
    • lutter werkwoord (lutte, luttes, luttons, luttez, )
    • catcher werkwoord (catche, catches, catchons, catchez, )
  2. wringen (auswringen)
    essorer; tordre; plier; tortiller; fléchir; courber; s'incliner; recourber
    • essorer werkwoord (essore, essores, essorons, essorez, )
    • tordre werkwoord (tords, tord, tordons, tordez, )
    • plier werkwoord (plie, plies, plions, pliez, )
    • tortiller werkwoord (tortille, tortilles, tortillons, tortillez, )
    • fléchir werkwoord (fléchis, fléchit, fléchissons, fléchissez, )
    • courber werkwoord (courbe, courbes, courbons, courbez, )
    • s'incliner werkwoord
    • recourber werkwoord (recourbe, recourbes, recourbons, recourbez, )
  3. wringen (winden; wriggen; rütteln; wricken)
    faire bouger en tirant
  4. wringen (winden; kämpfen; drücken; ringen)
    tordre; se boudiner; se tordre; passer en se tortillant
    • tordre werkwoord (tords, tord, tordons, tordez, )
    • se boudiner werkwoord
    • se tordre werkwoord

Conjugations for wringen:

Präsens
  1. wringe
  2. wringst
  3. wringt
  4. wringen
  5. wringt
  6. wringen
Imperfekt
  1. wrang
  2. wrangst
  3. wrang
  4. wrangen
  5. wrangt
  6. wrangen
Perfekt
  1. habe gewrungen
  2. hast gewrungen
  3. hat gewrungen
  4. haben gewrungen
  5. habt gewrungen
  6. haben gewrungen
1. Konjunktiv [1]
  1. wringe
  2. wringest
  3. wringe
  4. wringen
  5. wringet
  6. wringen
2. Konjunktiv
  1. wränge
  2. wrängest
  3. wränge
  4. wrängen
  5. wränget
  6. wrängen
Futur 1
  1. werde wringen
  2. wirst wringen
  3. wird wringen
  4. werden wringen
  5. werdet wringen
  6. werden wringen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde wringen
  2. würdest wringen
  3. würde wringen
  4. würden wringen
  5. würdet wringen
  6. würden wringen
Diverses
  1. wring!
  2. wringt!
  3. wringen Sie!
  5. gewrungen
  6. wringend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor wringen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
catcher drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen
courber auswringen; wringen Ehre bezeugen; beugen; biegen; durchbiegen; durchzechen; einbrechen; einstürzen; flektieren; hinneigen; knicken; krummbiegen; krümmen; sich beugen; sich neigen; sich verbeugen; sich verneigen; sich vorüberbeugen; sichbeugen; sichverbeugen; sichverneigen; sichvorüberbeugen; umbiegen; verbeugen; verbiegen; verneigen; zu einer Denkart neigen
essorer auswringen; wringen ausrenken; schleudern; verrenken; verstauchen; zentrifugieren
faire bouger en tirant rütteln; winden; wricken; wriggen; wringen
fléchir auswringen; wringen Ehre bezeugen; beugen; biegen; durchbiegen; durchzechen; einbrechen; einstürzen; falten; hinneigen; knicken; krummbiegen; krümmen; sich beugen; sich neigen; sich verbeugen; sich verneigen; sich vorüberbeugen; umbiegen; umfalten; umknicken; verbeugen; verbiegen; verneigen; zu einer Denkart neigen
lutter drehen; drücken; klemmen; kämpfen; mit jemandem ringen; ringen; schwingen; winden; wringen Kampf aufnehmen; fechten; kämpfen; sich prügeln; streiten
passer en se tortillant drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen
plier auswringen; wringen Ehre bezeugen; beugen; biegen; entfalten; falten; falzen; flektieren; hinneigen; knicken; krümmen; offenfalten; sich beugen; sich neigen; sich verbeugen; sich verneigen; sich vorüberbeugen; sichbeugen; sichverbeugen; sichverneigen; sichvorüberbeugen; umbiegen; umfalten; umknicken; verbeugen; verbiegen; verneigen; zu einer Denkart neigen; zusammenfalten
recourber auswringen; wringen beugen; biegen; flektieren; hinneigen; knicken; krummbiegen; krümmen; sich neigen; sichbeugen; sichverbeugen; sichverneigen; sichvorüberbeugen; umbiegen; verbeugen; verbiegen; verneigen; zu einer Denkart neigen
s'incliner auswringen; wringen beugen; biegen; flektieren; herablassen; hinneigen; knicken; krümmen; neigen; sich nach vorne beugen; sich neigen; sich verbeugen; sich verneigen; sichbeugen; sichverbeugen; sichverneigen; sichvorüberbeugen; verbeugen; verneigen; zu einer Denkart neigen; überhängen
se boudiner drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen
se tordre drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen beugen; hinneigen; knicken; krümmen
tordre auswringen; drücken; kämpfen; ringen; winden; wringen ausrenken; drücken; entstellen; festhalten; festklammern; ineinander schrauben; klammern; kneifen; rütteln; schnüren; spannen; umklammern; verdrehen; verrenken; verstauchen; verzerren; wricken; wriggeln; zwicken; zwängen
tortiller auswringen; wringen ausrenken; ineinander schrauben; verrenken; verstauchen

Wiktionary: wringen

Cross Translation:
FromToVia
• wringen → essorer ↔ mangle — to wring laundry
• wringen → essorer ↔ wring — to squeeze or twist tightly so that liquid is forced out







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0324 seconde
Page rendered in 1.0 seconds