Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Dreck

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Dreck

Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Dreck:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Dreck (Duits) in het Nederlands

Dreck:

Dreck [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Dreck (Kacke; Pup; Schmutz; )
    de poep; de schijt; de stront; de drek; de kak
    • poep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • schijt [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • stront [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • drek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Dreck (Schmutz; Mist; Kot)
    de drek; de smurrie; de prut
    • drek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • smurrie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • prut [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Dreck (Schmierigkeit; Schmutzigkeit; Schmutz; Schlüpfrigkeit; Fettigkeit)
    de viezigheid; het vuil; de vuiligheid; de viesheid; de smerigheid; de vuilheid
    • viezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vuil [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vuiligheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • viesheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • smerigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vuilheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. der Dreck (Fäkalien; Ausscheidungen; Kacke; Exkremente; Kot)
    de feces; de beer; de fecaliën; de excrementen; de uitscheiding; de uitwerpselen
  5. der Dreck (Klecks; Schmutz; Schlamm; )
    de klodder; de kwak; de kledder; de lik
    • klodder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kwak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kledder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lik [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  6. der Dreck (Stäubchen)
    het vuiltje; het stofje
    • vuiltje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • stofje [het ~] zelfstandig naamwoord
  7. der Dreck (Beschmutzung; Schmutzigkeit; Schmutz)
    de vervuiling
  8. der Dreck (Sauerei; Schweinerei; Schmutzigkeit)
    de viezigheid; de smeerlapperij; de viespeukerij
  9. der Dreck (Schmutzigkeit; Schmutz; Unsauberkeit)
    de vuilheid; goorheid; groezeligheid

Vertaal Matrix voor Dreck:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beer Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot Bär; Eber; Raubtier; Teddybär; großer Mann
drek Ausscheidung; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot; Kötel; Mist; Pup; Schmutz Abfall; Müll
excrementen Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot
fecaliën Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot
feces Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot
goorheid Dreck; Schmutz; Schmutzigkeit; Unsauberkeit
groezeligheid Dreck; Schmutz; Schmutzigkeit; Unsauberkeit
kak Ausscheidung; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot; Kötel; Mist; Pup; Schmutz
kledder Dreck; Klacks; Klecks; Klumpen; Matsch; Schlamm; Schmutz
klodder Dreck; Klacks; Klecks; Klumpen; Matsch; Schlamm; Schmutz
kwak Dreck; Klacks; Klecks; Klumpen; Matsch; Schlamm; Schmutz Bums; Fall; Knall; Krach; Plumps; Schuß
lik Dreck; Klacks; Klecks; Klumpen; Matsch; Schlamm; Schmutz Strafanstalt; Strafvollzugsanstalt
poep Ausscheidung; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot; Kötel; Mist; Pup; Schmutz
prut Dreck; Kot; Mist; Schmutz Kaffeesatz; Matsch; Schlamm; Schlick
schijt Ausscheidung; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot; Kötel; Mist; Pup; Schmutz
smeerlapperij Dreck; Sauerei; Schmutzigkeit; Schweinerei Dreckigkeit; Sauerei; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei
smerigheid Dreck; Fettigkeit; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit Dreckigkeit; Sauerei; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei
smurrie Dreck; Kot; Mist; Schmutz
stofje Dreck; Stäubchen
stront Ausscheidung; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot; Kötel; Mist; Pup; Schmutz
uitscheiding Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot
uitwerpselen Ausscheidungen; Dreck; Exkremente; Fäkalien; Kacke; Kot
vervuiling Beschmutzung; Dreck; Schmutz; Schmutzigkeit Umweltverschmutzung; Umweltverunreinigung
viesheid Dreck; Fettigkeit; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit Ekelhaftigkeit; Widerwärtigkeit
viespeukerij Dreck; Sauerei; Schmutzigkeit; Schweinerei Dreckigkeit; Sauerei; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei
viezigheid Dreck; Fettigkeit; Sauerei; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei Dreckigkeit; Sauerei; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei
vuil Dreck; Fettigkeit; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit Dreckigkeit; Sauerei; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei
vuilheid Dreck; Fettigkeit; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit; Unsauberkeit Dreckigkeit; Obzönität; Sauerei; Schlüpfrigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei; Schweinigelei; Unfläterei
vuiligheid Dreck; Fettigkeit; Schlüpfrigkeit; Schmierigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit Dreckigkeit; Obzönität; Sauerei; Schlüpfrigkeit; Schmutz; Schmutzigkeit; Schweinerei; Schweinigelei; Unfläterei
vuiltje Dreck; Stäubchen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vuil ekelhaft; faul; fett; fettig; fleckig; krätzig; lumpig; räudig; schlammig; schlampig; schmierig; schmuddelig; schmutzig; stinkig; trübe; unsauber; verkommen; widerlich
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
lik Lecken

Synoniemen voor "Dreck":


Wiktionary: Dreck

Dreck
noun
  1. Schmutz, unerwünschte Substanz
Dreck
noun
  1. viezigheid, onreine materie




Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.1022 seconde
Page rendered in 1.0 seconds