Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Materie:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. materie:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Materie (Duits) in het Nederlands

Materie:

Materie [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Materie
    de materie; de stof
    • materie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • stof [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Materie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
materie Materie
stof Materie Staub; Staubteilschen; Stäubschen

Synoniemen voor "Materie":


Wiktionary: Materie

Materie
noun
  1. (natuurkunde, nld) de bouwsteen waaruit de (waarneembare) wereld is opgebouwd

Cross Translation:
FromToVia
Materie materie matter — basic structural component of the universe
Materie materie; zelfstandigheid; stof matière — Ce qui a de la masse et occupe de l’espace.



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Materie (Nederlands) in het Duits

materie:

materie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de materie (stof)
    die Materie
    • Materie [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor materie:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Materie materie; stof

Verwante woorden van "materie":

  • materies

Wiktionary: materie

materie
noun
  1. (natuurkunde, nld) de bouwsteen waaruit de (waarneembare) wereld is opgebouwd

Cross Translation:
FromToVia
materie Materie matter — basic structural component of the universe
materie Stoff; Materie matière — Ce qui a de la masse et occupe de l’espace.