Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: Quantum

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: Quantum

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Quantum:
- hoeveelheid; kwantiteit; aantal; kwantum; quantum
Wiktionary:
- Quantum → hoeveelheid, kwantiteit, boel, grootheid, sterkte

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

quantum:
- Quantum
Wiktionary:
- quantum → Quant

Duits

Uitgebreide vertaling voor Quantum (Duits) in het Nederlands

Quantum:

Quantum [das ~] zelfstandig naamwoord

Quantum (Anzahl; Quantität; Menge; Zahl)
de hoeveelheid; de kwantiteit; het aantal
- hoeveelheid [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- kwantiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aantal [het ~] zelfstandig naamwoord
Quantum
het kwantum; quantum
- kwantum [het ~] zelfstandig naamwoord
- quantum [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Quantum:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aantal	Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl
hoeveelheid	Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl	Menge; Partie
kwantiteit	Anzahl; Menge; Quantität; Quantum; Zahl	Maß; Quantität
kwantum	Quantum
quantum	Quantum

Wiktionary: Quantum

Cross Translation:

From	To	Via
• Quantum	→ hoeveelheid; kwantiteit; boel; grootheid; sterkte	↔ quantité — Tout ce qui peut être mesurer ou nombré, de tout ce qui est susceptible d’accroissement ou de diminution.

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor Quantum (Nederlands) in het Duits

quantum:

quantum [znw.] zelfstandig naamwoord

quantum (kwantum)
Quantum
- Quantum [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor quantum:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Quantum	kwantum; quantum	aantal; hoeveelheid; kwantiteit

Wiktionary: quantum

quantum

noun

de kleinste natuurlijke eenheid die in onze kosmos voorkomt
- quantum → Quant