Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. folglich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor folglich (Duits) in het Nederlands

folglich:

folglich bijvoeglijk naamwoord

  1. folglich (demnach; demzufolge; infolgedessen)
    daarom; derhalve; bijgevolg; dus
  2. folglich (demnach; somit)
    mitsdien

Vertaal Matrix voor folglich:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bijgevolg demnach; demzufolge; folglich; infolgedessen natürlich; selbstverständlich
daarom demnach; demzufolge; folglich; infolgedessen darum; deshalb
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
derhalve demnach; demzufolge; folglich; infolgedessen darum; deshalb
dus demnach; demzufolge; folglich; infolgedessen demzufolge; deshalb; infolgedessen; natürlich; selbstverständlich
mitsdien demnach; folglich; somit

Synoniemen voor "folglich":


Wiktionary: folglich

folglich
adverb
  1. eine Schlussfolgerung einleitendes Wort
folglich
adverb
  1. op die wijze