Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor intensiv (Duits) in het Nederlands

intensiv:

intensiv bijvoeglijk naamwoord

  1. intensiv (gewaltig; heftig)
    intensief; intens
  2. intensiv (gewaltsam; heftig; stark; )
    heftig; krachtig; erg; hevig; fel
    • heftig bijvoeglijk naamwoord
    • krachtig bijvoeglijk naamwoord
    • erg bijvoeglijk naamwoord
    • hevig bijvoeglijk naamwoord
    • fel bijvoeglijk naamwoord
  3. intensiv (heftig)
    heftig; intens; hevig
    • heftig bijvoeglijk naamwoord
    • intens bijvoeglijk naamwoord
    • hevig bijvoeglijk naamwoord
  4. intensiv (kräftig; drastisch; durchgreifend; )
    doortastend; krachtdadig; drastisch; krachtig; ferm

Vertaal Matrix voor intensiv:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doortastend drastisch; durchgreifend; energisch; entschieden; entschlossen; fest; intensiv; kräftig drastisch; durchgreifend; eingehend; energisch; entschieden; entschlossen; forsch; kraftvoll; kräftig; tatkräftig
drastisch drastisch; durchgreifend; energisch; entschieden; entschlossen; fest; intensiv; kräftig drastisch; durchgreifend; eingehend; energisch; entschieden; entschlossen; forsch; kraftvoll; kräftig; tatkräftig
erg erregt; feurig; gereizt; gewaltsam; hart; heftig; hitzig; inbrünstig; intensiv; kräftig; schlimm; stark armselig; besonders; ernst; gehörig; kritisch; schlimm; sehr
fel erregt; feurig; gereizt; gewaltsam; hart; heftig; hitzig; inbrünstig; intensiv; kräftig; schlimm; stark beißend; bissig; brennend; entzündet; feurig; heftig; hitzig; intens; leidenschaftlich; scharf; spitzig; ungestüm
ferm drastisch; durchgreifend; energisch; entschieden; entschlossen; fest; intensiv; kräftig beharrlich; beständig; dauerhaft; derb; drastisch; durchgreifend; eingehend; eisern; energisch; entschieden; entschlossen; entschlußfähig; forsch; gediegen; kraftvoll; kräftig; moralisch; robust; sicher; solide; stabil; standhaft; stark; stattlich; stramm; stämmig; tatkräftig; unerschütterlich
heftig erregt; feurig; gereizt; gewaltsam; hart; heftig; hitzig; inbrünstig; intensiv; kräftig; schlimm; stark auffahrend; aufgebracht; aufgeregt; begeistert; bewegt; enthusiastisch; erregt; feurig; gellend; grell; grimmig; grob; hart; heftig; hell; hemmungslos; hitzig; höllisch; intens; jähzornig; klirrend; leidenschaftlich; scharf; sehr; stürmisch; temperamentvoll; tosend; unbeherrscht; unbändig; ungestüm; wild; zornig
hevig erregt; feurig; gereizt; gewaltsam; hart; heftig; hitzig; inbrünstig; intensiv; kräftig; schlimm; stark auffahrend; brennend; entzündet; feurig; heftig; hitzig; intens; jähzornig; leidenschaftlich; scharf; sehr; stürmisch; ungestüm; zornig
intens gewaltig; heftig; intensiv herzlich; innig; tief; zärtlich
intensief gewaltig; heftig; intensiv
krachtdadig drastisch; durchgreifend; energisch; entschieden; entschlossen; fest; intensiv; kräftig drastisch; durchgreifend; eingehend; energisch; entschieden; entschlossen; forsch; kraftvoll; kräftig; tatkräftig
krachtig drastisch; durchgreifend; energisch; entschieden; entschlossen; erregt; fest; feurig; gereizt; gewaltsam; hart; heftig; hitzig; inbrünstig; intensiv; kräftig; schlimm; stark dehnbar; drastisch; durchgreifend; effektiv; effizient; eingehend; elastisch; energisch; entschieden; entschlossen; federnd; forsch; gelenkig; gummiartig; kraftvoll; kräftig; mit Nachdruck; mit einer kräftigen Auswirkung; nachdrücklich; spannkräftig; stark; stattlich; stramm; stämmig; tatkräftig; zweckmäßig

Synoniemen voor "intensiv":