Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Zoek: quer

Duitse en Nederlandse zoekresultaten voor: quer

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

quer:
- kruiselings; dwars; overdwars; dwars op
Wiktionary:
- quer → dwars
- quer → dwars over, van de ene kant naar de andere, kruislings, kruiselings, behalve, buiten, aan de overkant van, over, overheen, over … heen

Duits

Uitgebreide vertaling voor quer (Duits) in het Nederlands

quer:

quer bijvoeglijk naamwoord

quer (gekreutzt)
kruiselings; dwars; overdwars
- kruiselings bijvoeglijk naamwoord
- dwars bijvoeglijk naamwoord
- overdwars bijwoord
quer
dwars op
- dwars op bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor quer:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dwars	gekreutzt; quer	dickköpfig; eigensinnig; eigenwillig; schief; starrköpfig; starrsinnig; störrisch; widerspenstig
kruiselings	gekreutzt; quer
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
overdwars	gekreutzt; quer
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dwars op	quer

Synoniemen voor "quer":

schepp; schief; schräg
diagonal
kreuzweise; überquer

Wiktionary: quer

quer

adverb

schräg, von der einen zur anderen Seite
- quer → dwars
querformatig, liegend, waagerecht, horizontal
- quer → dwars

Cross Translation:

From	To	Via
• quer	→ dwars over; van de ene kant naar de andere	↔ athwart — From side to side, across
• quer	→ kruislings; kruiselings	↔ crosswise — transversely
• quer	→ behalve; buiten; aan de overkant van; over; overheen; over … heen	↔ outre — peau de bouc préparer et cousue pour recevoir des liquides.

Verwante vertalingen van quer