Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Öl:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Öl (Duits) in het Nederlands

Öl:

Öl [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Öl (Erdöl)
    de aardolie; de olie
    • aardolie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • olie [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. Öl (Motoröl)
    de motorolie; de olie
    • motorolie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • olie [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. Öl (Fett; Schmiere; Schmalz)
    de reuzel; het vet; de olie; de smeer
    • reuzel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vet [het ~] zelfstandig naamwoord
    • olie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • smeer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. Öl (Sonnenschutzöl; Schmiere; Sonnenöl; Fett; Erdöl)
    de zonnebrandolie; de olie

Vertaal Matrix voor Öl:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aardolie Erdöl; Öl Erdöl
motorolie Motoröl; Öl
olie Erdöl; Fett; Motoröl; Schmalz; Schmiere; Sonnenschutzöl; Sonnenöl; Öl Kerosin
reuzel Fett; Schmalz; Schmiere; Öl Schmalz
smeer Fett; Schmalz; Schmiere; Öl Balsam; Salbe
vet Fett; Schmalz; Schmiere; Öl
zonnebrandolie Erdöl; Fett; Schmiere; Sonnenschutzöl; Sonnenöl; Öl
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vet Fettdruck; beleibt; dick; fett; fettig; korpulent; stark; voluminös

Synoniemen voor "Öl":


Wiktionary: Öl

Öl
noun
  1. nur Sortenplural: fettige, schmierige Flüssigkeit aus Ölplanzen oder Erdöl

Cross Translation:
FromToVia
Öl olie oil — liquid fat
Öl aardolie; olie; petroleum oil — Petroleum-based liquid
Öl olie huile — Corps gras et visqueux.

Verwante vertalingen van Öl