Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Übersetzer:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Übersetzer (Duits) in het Nederlands

Übersetzer:

Übersetzer [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Übersetzer (Dolmetscher; Übersetzerin)
    de vertaler
    • vertaler [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Übersetzer (Dolmetscher; Übersetzerin)
    de tolk
    • tolk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. der Übersetzer (Dolmetscherin; Übersetzerin; Dolmetscher)
    de vertaalster

Vertaal Matrix voor Übersetzer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tolk Dolmetscher; Übersetzer; Übersetzerin
vertaalster Dolmetscher; Dolmetscherin; Übersetzer; Übersetzerin
vertaler Dolmetscher; Übersetzer; Übersetzerin

Synoniemen voor "Übersetzer":


Wiktionary: Übersetzer

Übersetzer
noun
  1. een persoon die geschreven tekst vertaalt van één taal naar een andere

Cross Translation:
FromToVia
Übersetzer vertaler; vertaalster translator — someone who translates