Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Aufhäufung:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Aufhäufung (Duits) in het Nederlands

Aufhäufung:

Aufhäufung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Aufhäufung (Anhäufung)
    de berg; de opeenhoping; de bende; de hoop
    • berg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • opeenhoping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bende [de ~] zelfstandig naamwoord
    • hoop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Aufhäufung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bende Anhäufung; Aufhäufung Ansammlung; Bande; Chaos; Clan; Durcheinander; Haufen; Horde; Menge; Pfuscherei; Sauwirtschaft; Schar; Schmiererei; Schutthaufen; Sudelei; Truppe; Trümmerhaufen; Wirrwarr; Zusammenrottung
berg Anhäufung; Aufhäufung Berg; Gebirge; Haufen; Klumpen; Masse; Menge; große Masse
hoop Anhäufung; Aufhäufung Ansammlung; Berg; Erwarten; Erwartung; Haufen; Horde; Häufung; Klumpen; Kot; Masse; Menge; Schar; Scheiße; Stapel; Stoß; Truppe; Zusammenrottung; große Masse
opeenhoping Anhäufung; Aufhäufung Agglomoration; Ansammlung; Haufen; Häufung; Masse; Menge; Stoß