Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Ausnehmen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Ausnehmen (Duits) in het Nederlands

Ausnehmen:

Ausnehmen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Ausnehmen
    uitnemen
  2. Ausnehmen (Entkleiden; Auskleiden)
    uitkleden

Vertaal Matrix voor Ausnehmen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uitkleden Auskleiden; Ausnehmen; Entkleiden
uitnemen Ausnehmen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uitkleden auskleiden; ausziehen; entblößen; entkleiden; freimachen
uitnemen herausnehmen

Verwante vertalingen van Ausnehmen