Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Auswurf:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Auswurf (Duits) in het Nederlands

Auswurf:

Auswurf [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Auswurf (Kotz)
    het braaksel; de kots
    • braaksel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kots [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. der Auswurf
    het sputum
    • sputum [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Auswurf (Abschaum; Ausschuß; Schund)
    het uitvaagsel

Vertaal Matrix voor Auswurf:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
braaksel Auswurf; Kotz
kots Auswurf; Kotz
sputum Auswurf
uitvaagsel Abschaum; Ausschuß; Auswurf; Schund

Synoniemen voor "Auswurf":