Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Böschung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Böschung (Duits) in het Nederlands

Böschung:

Böschung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Böschung (Hang; Hügel; Gefälle)
    de helling; het talud; de afgang; de glooiing; de berm; dijkhelling
    • helling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • talud [het ~] zelfstandig naamwoord
    • afgang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • glooiing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • berm [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dijkhelling [znw.] zelfstandig naamwoord
  2. die Böschung
    het beloop
    • beloop [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. die Böschung
    de taluds; de hellingen
    • taluds [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • hellingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  4. die Böschung (Helling; Hang; Senkung; Gefälle; Steilhang)
    flauwe helling; de glooiing

Vertaal Matrix voor Böschung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afgang Böschung; Gefälle; Hang; Hügel Blamage; Fehler; Fehlgriff; Fehlschlag; Fehlschläge; Fehlschuß; Fehlschüsse; Fiasko; Mißerfolg; Mißlingen; Pleite; Reinfall; Scheitern
beloop Böschung
berm Böschung; Gefälle; Hang; Hügel
dijkhelling Böschung; Gefälle; Hang; Hügel
flauwe helling Böschung; Gefälle; Hang; Helling; Senkung; Steilhang
glooiing Böschung; Gefälle; Hang; Helling; Hügel; Senkung; Steilhang Gefälle; Neigung; Neigungswinkel
helling Böschung; Gefälle; Hang; Hügel
hellingen Böschung
talud Böschung; Gefälle; Hang; Hügel
taluds Böschung

Synoniemen voor "Böschung":


Wiktionary: Böschung

Böschung
noun
  1. schräg abfallende und befestigte Seitenfläche im Gelände, zum Beispiel an Straßen,Bahndamm oder an einem Ufer
    • Böschungberm

Cross Translation:
FromToVia
Böschung waterkering embankment — artificial mound of earth and stone