Duits

Uitgebreide vertaling voor Druck (Duits) in het Nederlands

Druck:

Druck [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Druck (Pression; Zwang)
    de druk; de dwang; de pressie
    • druk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • dwang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • pressie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. der Druck (Auflage; Spannung; Auflegung; Zwang; Last)
    de oplage; de druk; de uitgave
    • oplage [de ~] zelfstandig naamwoord
    • druk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • uitgave [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. der Druck (Auflage)
    het drukken; het afdrukken
  4. der Druck (Blutdruck; Zwang)
    de tensie; de bloeddruk
    • tensie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bloeddruk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  5. der Druck
    de drukking
    • drukking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  6. der Druck (Band; Bund; Auflage; )
    de band; het volume; het boekdeel; het deel
    • band [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • volume [het ~] zelfstandig naamwoord
    • boekdeel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • deel [het ~] zelfstandig naamwoord
  7. der Druck (Bedürftigkeit; Not; Armut; )
    de behoeftigheid; de nood; de noodwendigheid

Vertaal Matrix voor Druck:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afdrukken Auflage; Druck
band Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bund; Druck Affinität; Anschluß; Band; Beziehung; Bindung; Buch; Bund; Bündnis; Einheitlichkeit; Gebundenheit; Gemeinschaft; Genossenschaft; Klebeband; Kontext; Korporation; Körperschaft; Liga; Pakt; Verband; Verbindung; Verbunden sein; Vertrag; Zusammenhang
behoeftigheid Armut; Bedürftigkeit; Druck; Elend; Hilfsbedürftigkeit; Katastrophe; Mißgeschick; Not; Rückschläge; Schicksalsschlag; Schicksalsschläge; Seuche; Unglück; Ärmlichkeit Bedürftigkeit; Hilfsbedürftigkeit
bloeddruk Blutdruck; Druck; Zwang
boekdeel Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bund; Druck
deel Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bund; Druck Abschnitt; Anteil; Bestandteil; Bruchteil; Dreschboden; Element; Erbe; Erbschaft; Erbstück; Erbteil; Glied; Hinterlassenschaft; Nachlaß; Segment; Stück; Teil; Teilchen; Vermächtnis
druk Auflage; Auflegung; Druck; Last; Pression; Spannung; Zwang Finanzielle Last
drukken Auflage; Druck
drukking Druck
dwang Druck; Pression; Zwang Anordnung; Bestimmung; Disziplin; Durchsetzung; Fügung; Ordnung; Regel; Unterwerfung; Verfügung; Verordnung; Vorschrift; Zucht
nood Armut; Bedürftigkeit; Druck; Elend; Hilfsbedürftigkeit; Katastrophe; Mißgeschick; Not; Rückschläge; Schicksalsschlag; Schicksalsschläge; Seuche; Unglück; Ärmlichkeit Alarm; Armut; Belästigung; Elend; Heimsuchung; Hilfebedürftigkeit; Hilfsbedürftigkeit; Jammer; Not; Notzustand; Prüfung; Qual; Quälung; Wende; Wendepunkt
noodwendigheid Armut; Bedürftigkeit; Druck; Elend; Hilfsbedürftigkeit; Katastrophe; Mißgeschick; Not; Rückschläge; Schicksalsschlag; Schicksalsschläge; Seuche; Unglück; Ärmlichkeit
oplage Auflage; Auflegung; Druck; Last; Spannung; Zwang
pressie Druck; Pression; Zwang
tensie Blutdruck; Druck; Zwang
uitgave Auflage; Auflegung; Druck; Last; Spannung; Zwang Ausgabe; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Fassung; Folge; Geldausgabe; Meldung; Mitteilung; Verlagswesen; Verlautbarung; Version; Veröffentlichung
volume Anteil; Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bund; Druck Auflage; Auflegung; Ausgabe; Band; Bande; Binde; Bindung; Decke; Diele; Inhalt; Lautstärke; Spalte; Spannung; Volume; Volumen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afdrukken abdrücken
drukken drücken; knellen; quetschen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
druk aktiv; angeheitert; angeregt; ausgelassen; beschäftigt; eifrig; emsig; existent; fleißig; flott; freudig; freudvoll; frisch; fröhlich; gedrängt; geräuschvoll; geschäftig; gesellig; heiter; keck; lebendig; lebhaft; lustig; munter; quick; vergnüglich; wohlgemut; üppig
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
band Bereich; Inforegister
deel Kachel

Synoniemen voor "Druck":


Wiktionary: Druck

Druck
noun
  1. nur Plural 2: Ergebnis des Reproduktionsverfahrens [2]
  2. kein Plural: Reproduktionsverfahren
  3. kein Plural: psychische (Stress) oder physische Belastung in beziehungsweise vor Leistungssituationen
  4. Physik, nur Plural 1: Kraft pro Fläche
Druck
noun
  1. pressie, kracht die over een oppervlakte uitgeoefend wordt

Cross Translation:
FromToVia
Druck druk pressure — physics: amount of force divided by area
Druck afdruk; spoor; voetspoor; drukwerk; belichting; effect; impressie; indruk impression — imprimerie|fr action par laquelle une chose appliquer sur une autre y laisser une empreinte ; résultat de cette action.
Druck benauwdheid; bezetting; drang; druk; pressie; knel oppression — Action d’opprimer et état de ce qui est opprimé.
Druck druk; drang; pressie; knel pression — physique|fr force appliquée à une unité de surface, ou grandeur scalaire, exercée par un fluide sur une surface, perpendiculairement à celle-ci.
Druck druk tension — Pression des gaz

Verwante vertalingen van Druck