Home ->Woordenboeken ->Duits/Nederlands ->Vertaal Fransenborte

Vertaal Fransenborte van Duits naar Nederlands

Overzicht

Duits naar Nederlands: Meer gegevens...

Fransenborte:
- kant; kantkloswerk; kantwerk; franje; versiering van rafels; route; koers; passementerie; passement; versierende omzoming

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fransenborte (Duits) in het Nederlands

Fransenborte:

Fransenborte [die ~] zelfstandig naamwoord

die Fransenborte (Spitzenkante; Spitzenklöppelei; Spitze; Spitzenarbeit)
de kant; kantkloswerk; het kantwerk
- kant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- kantkloswerk [znw.] zelfstandig naamwoord
- kantwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
die Fransenborte (Franse; Spitze)
de franje; versiering van rafels
- franje [de ~] zelfstandig naamwoord
- versiering van rafels [znw.] zelfstandig naamwoord
die Fransenborte (Route; Direktion; Rundgänge; Verwaltung; Fahrt; Geschäftsführung; Reise; Schule; Ausfahrt; Rundreise; Spazierfahrt; Richtung; Seite; Leitung; Rundfahrt; Routine; Betriebsführung; Geländefahrt; Gastspielreise; Erfahrung; Ausrichtung; Gewohnheit; Rundläufe)
de route; de koers
- route [de ~] zelfstandig naamwoord
- koers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
die Fransenborte (Posament; Spitze; Spitzenarbeit)
passementerie; het passement; versierende omzoming
- passementerie [znw.] zelfstandig naamwoord
- passement [het ~] zelfstandig naamwoord
- versierende omzoming [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Fransenborte:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
franje	Franse; Fransenborte; Spitze	Fussel; Mischmasch; Schnickschnack; Unsin
kant	Fransenborte; Spitze; Spitzenarbeit; Spitzenkante; Spitzenklöppelei	Kante; Rand; Seite
kantkloswerk	Fransenborte; Spitze; Spitzenarbeit; Spitzenkante; Spitzenklöppelei
kantwerk	Fransenborte; Spitze; Spitzenarbeit; Spitzenkante; Spitzenklöppelei
koers	Ausfahrt; Ausrichtung; Betriebsführung; Direktion; Erfahrung; Fahrt; Fransenborte; Gastspielreise; Geländefahrt; Geschäftsführung; Gewohnheit; Leitung; Reise; Richtung; Route; Routine; Rundfahrt; Rundgänge; Rundläufe; Rundreise; Schule; Seite; Spazierfahrt; Verwaltung	Geldkurs; Geldsorte; Geldsorten; Geldwährung; Kurs; Münzsorte; Navigationsroute; Richtung; Schiffahrtsstraße; Seeweg; Umrechnungskurs; Valuta; Wechselgebühr; Wechselkurs; Währung; Währungseinheit
passement	Fransenborte; Posament; Spitze; Spitzenarbeit	Auflage; Borte; Kante; Krempe; Leiste; Rand; Saum; Streifen; Tresse; Verbrämung
passementerie	Fransenborte; Posament; Spitze; Spitzenarbeit
route	Ausfahrt; Ausrichtung; Betriebsführung; Direktion; Erfahrung; Fahrt; Fransenborte; Gastspielreise; Geländefahrt; Geschäftsführung; Gewohnheit; Leitung; Reise; Richtung; Route; Routine; Rundfahrt; Rundgänge; Rundläufe; Rundreise; Schule; Seite; Spazierfahrt; Verwaltung	Arbeitsplan; Strecke; Teilstrecke
versierende omzoming	Fransenborte; Posament; Spitze; Spitzenarbeit
versiering van rafels	Franse; Fransenborte; Spitze