Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Geschmier:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Geschmier (Duits) in het Nederlands

Geschmier:

Geschmier [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Geschmier (Schmiererei; Sauerei)
    de knoeierij; de kliederboel
  2. Geschmier (Gestümper; Gepfusche)
    het gemodder; het geknoei
    • gemodder [het ~] zelfstandig naamwoord
    • geknoei [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. Geschmier
    de vuilspuiterij

Vertaal Matrix voor Geschmier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geknoei Gepfusche; Geschmier; Gestümper Gepfusche; Geschmiere; Gesudel; Pfuscherei; Pfuschwerk; Schummelei; Schwindel; Schwindelei; Veruntreuung
gemodder Gepfusche; Geschmier; Gestümper
kliederboel Geschmier; Sauerei; Schmiererei
knoeierij Geschmier; Sauerei; Schmiererei Bauernfängerei; Betrug; Betrügerei; Fälschung; Nepp; Pfuscherei; Pfuschwerk; Schiebung; Schwindel; Schwindelei
vuilspuiterij Geschmier

Synoniemen voor "Geschmier":