Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. Schiene:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schiene (Duits) in het Nederlands

Schiene:

Schiene [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schiene
    de scheen
    • scheen [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. die Schiene (Elektrizitätsleiter; Leiter; Führer; Begleiter)
    de geleider; elektriciteitsgeleider
  3. die Schiene (Bruchschiene)
    de spalk
    • spalk [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schiene:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
elektriciteitsgeleider Begleiter; Elektrizitätsleiter; Führer; Leiter; Schiene
geleider Begleiter; Elektrizitätsleiter; Führer; Leiter; Schiene Stromleiter; Wärmeleiter
scheen Schiene
spalk Bruchschiene; Schiene

Synoniemen voor "Schiene":


Wiktionary: Schiene

Schiene
noun
  1. voorkant van het onderbeen van de mens tussen de knie en de enkel

Cross Translation:
FromToVia
Schiene rail rail — the metal bar that makes the track for a railroad
Schiene spalk splint — immobilizing device

Verwante vertalingen van Schiene