Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. abgeschmackt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor abgeschmackt (Duits) in het Nederlands

abgeschmackt:

abgeschmackt bijvoeglijk naamwoord

  1. abgeschmackt (eintönig; langweilig; öde; fade; dösig)
    saai; eentonig; slaapverwekkend; monotoon

Vertaal Matrix voor abgeschmackt:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eentonig abgeschmackt; dösig; eintönig; fade; langweilig; öde blöd; doof; dumm; einförmig; eintönig; fade; fahl; geistlos; geisttötend; langweilig; schlafbringend; stumpfsinnig; öde
monotoon abgeschmackt; dösig; eintönig; fade; langweilig; öde einförmig; eintönig; fade; fahl; geistlos; geisttötend; langweilig; schlafbringend; öde
saai abgeschmackt; dösig; eintönig; fade; langweilig; öde beschwerlich; blöd; doof; dumm; einförmig; eintönig; fade; fahl; geistlos; geisttötend; hinderlich; langweilig; lästig; mies; mühsam; nicht abgelenkt; problematisch; sauer; schlafbringend; schwer; schwerlich; schwierig; stumpfsinnig; unangenehm; unbequem; öde
slaapverwekkend abgeschmackt; dösig; eintönig; fade; langweilig; öde einförmig; einschläfernd; eintönig; fade; fahl; geistlos; geisttötend; langweilig; schlafbringend; öde

Synoniemen voor "abgeschmackt":


Wiktionary: abgeschmackt

abgeschmackt
adjective
  1. overdrachtelijk: waar alle belangwekkendheid aan ontbreekt