Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. ausfallen gegen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ausfallen gegen (Duits) in het Nederlands

ausfallen gegen:

ausfallen gegen werkwoord

  1. ausfallen gegen (anfahren; anschnauzen)
    afsnauwen; uitvallen tegen
    • afsnauwen werkwoord (snauw af, snauwt af, snauwde af, snauwden af, afgesnauwd)
    • uitvallen tegen werkwoord (val uit tegen, valt uit tegen, viel uit tegen, vielen uit tegen, uitgevallen tegen)

Vertaal Matrix voor ausfallen gegen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afsnauwen Anfahren; Anschnauzen; Ausfallend werden gegen
uitvallen tegen Anfahren; Anschnauzen; Ausfallend werden gegen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afsnauwen anfahren; anschnauzen; ausfallen gegen anfahren; anschnauzen
uitvallen tegen anfahren; anschnauzen; ausfallen gegen

Verwante vertalingen van ausfallen gegen