Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. knochig:


Duits

Uitgebreide vertaling voor knochig (Duits) in het Nederlands

knochig:

knochig bijvoeglijk naamwoord

  1. knochig (spindeldürr; dürr; hager; knöchern)
    benig
    • benig bijvoeglijk naamwoord
  2. knochig (ausgemergeld; knochenartig)
    knokig; scharminkelig
  3. knochig (knöchern; knochenartig; beinartig; grobknochig)
    schonkig
  4. knochig
    bonkig
    • bonkig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor knochig:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
benig dürr; hager; knochig; knöchern; spindeldürr beinartig; knochenartig
bonkig knochig
knokig ausgemergeld; knochenartig; knochig
schonkig beinartig; grobknochig; knochenartig; knochig; knöchern
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
scharminkelig ausgemergeld; knochenartig; knochig

Synoniemen voor "knochig":