Duits

Uitgebreide vertaling voor mitnehmen (Duits) in het Nederlands

mitnehmen:

mitnehmen werkwoord (nehme mit, nimmst mit, nimmt mit, namt mit, mitgenommen)

  1. mitnehmen (mitbringen; bringen; einbringen; herbeibringen)
    meebrengen; brengen; langs brengen
    • meebrengen werkwoord (breng mee, brengt mee, bracht mee, brachten mee, meegebracht)
    • brengen werkwoord (breng, brengt, bracht, brachten, gebracht)
    • langs brengen werkwoord
  2. mitnehmen (mitschleppen; mitziehen; mitlocken; schleppen)
    meeslepen; meetrekken; meetronen; meesleuren
    • meeslepen werkwoord (sleep mee, sleept mee, sleepte mee, sleepten mee, meegesleept)
    • meetrekken werkwoord (trek mee, trekt mee, trok mee, trokken mee, meegtrokken)
    • meetronen werkwoord (troon mee, troont mee, troonde mee, troonden mee, meegetroond)
    • meesleuren werkwoord (sleur mee, sleurt mee, sleurde mee, sleurden mee, meegesleurd)

Conjugations for mitnehmen:

Präsens
  1. nehme mit
  2. nimmst mit
  3. nimmt mit
  4. nehmen mit
  5. nehmt mit
  6. nehmen mit
Imperfekt
  1. nam mit
  2. namst mit
  3. namt mit
  4. namen mit
  5. namt mit
  6. namen mit
Perfekt
  1. habe mitgenommen
  2. hast mitgenommen
  3. hat mitgenommen
  4. haben mitgenommen
  5. habt mitgenommen
  6. haben mitgenommen
1. Konjunktiv [1]
  1. nehme mit
  2. nehmest mit
  3. nehme mit
  4. nehmen mit
  5. nehmet mit
  6. nehmen mit
2. Konjunktiv
  1. nähme mit
  2. nähmest mit
  3. nähme mit
  4. nähmen mit
  5. nähmet mit
  6. nähmen mit
Futur 1
  1. werde mitnehmen
  2. wirst mitnehmen
  3. wird mitnehmen
  4. werden mitnehmen
  5. werdet mitnehmen
  6. werden mitnehmen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde mitnehmen
  2. würdest mitnehmen
  3. würde mitnehmen
  4. würden mitnehmen
  5. würdet mitnehmen
  6. würden mitnehmen
Diverses
  1. nehm mit!
  2. nehmt mit!
  3. nehmen Sie mit!
  4. mitgenommen
  5. mitnehmend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor mitnehmen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
langs brengen Mitnehmen; Vorbeibringen
meebrengen Mitnehmen; Vorbeibringen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brengen bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen abgeben; abliefern; ausliefern; besorgen; bestellen; bringen; ins Haus liefern; ins Haus schicken; liefern; rundbringen; senden; zustellen
langs brengen bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen
meebrengen bringen; einbringen; herbeibringen; mitbringen; mitnehmen
meeslepen mitlocken; mitnehmen; mitschleppen; mitziehen; schleppen
meesleuren mitlocken; mitnehmen; mitschleppen; mitziehen; schleppen
meetrekken mitlocken; mitnehmen; mitschleppen; mitziehen; schleppen
meetronen mitlocken; mitnehmen; mitschleppen; mitziehen; schleppen

Synoniemen voor "mitnehmen":


Wiktionary: mitnehmen

mitnehmen
  1. Personen oder Dinge persönlich oder mit eigenem Transportmittel zu einem Ort bringen
mitnehmen
verb
  1. bij het vertrek meevoeren

Cross Translation:
FromToVia
mitnehmen afhalen; meebrengen; meenemen; vergaderen; medenemen; medebrengen; aandragen; bezorgen; brengen; aanbrengen; voorleiden amenermener d’un lieu à un autre.
mitnehmen brengen; bijeenbrengen; meebrengen; meenemen; medenemen; medebrengen; aandragen; bezorgen; aanbrengen apporterporter quelque chose à quelqu’un. usage L’objet du verbe apporter est toujours un inanimé.
mitnehmen afhalen; meebrengen; meenemen; vergaderen; medenemen; medebrengen; bijeenvoegen; ineenzetten; samenstellen assemblermettre ensemble.
mitnehmen afhalen; meebrengen; meenemen; vergaderen; medenemen; medebrengen emmener — Mener hors du lieu où l’on est vers un autre lieu.
mitnehmen meenemen emporter — Prendre avec soi et porter ailleurs
mitnehmen afhalen; meebrengen; meenemen; vergaderen; medenemen; medebrengen; collecteren; innen; inzamelen; oogsten; plukken; rapen; verzamelen; groeperen; ophopen; opeenhopen; stapelen; opstapelen; opeenstapelen; tassen rassemblerassembler de nouveau des personnes, des bêtes ou des choses qui disperser.
mitnehmen terugnemen remporter — Reprendre et rapporter ce qu’on avait apporté