Overzicht
Duits naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. verzogen:
  2. verziehen:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor verzogen (Duits) in het Nederlands

verzogen:

verzogen bijvoeglijk naamwoord

  1. verzogen (verwöhnt)
    verwend
  2. verzogen (verdreht; verschroben; verzerrt)
    verwrongen; verdraaid

Vertaal Matrix voor verzogen:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verdraaid verdreht; verschroben; verzerrt; verzogen entsetzlich; furchtbar; fürchterlich; gewaltig; grauenerregend; grausig; gräßlich; jammervoll; mörderisch; schauderhaft; scheußlich; schrecken erregend; schrecklich; schändlich; teuflisch; tierisch; verteufelt
verwend verwöhnt; verzogen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verwrongen verdreht; verschroben; verzerrt; verzogen

Synoniemen voor "verzogen":


verziehen:

verziehen werkwoord (verziehe, verziehst, verzieht, verzog, verzogt, verzogen)

  1. verziehen (sichverformen; verzerren; umformen; umbilden)
    vervormen; een andere vorm geven

Conjugations for verziehen:

Präsens
  1. verziehe
  2. verziehst
  3. verzieht
  4. verziehen
  5. verzieht
  6. verziehen
Imperfekt
  1. verzog
  2. verzogst
  3. verzog
  4. verzogen
  5. verzogt
  6. verzogen
Perfekt
  1. habe verzogen
  2. hast verzogen
  3. hat verzogen
  4. haben verzogen
  5. habt verzogen
  6. haben verzogen
1. Konjunktiv [1]
  1. verziehe
  2. verziehest
  3. verziehe
  4. verziehen
  5. verziehet
  6. verziehen
2. Konjunktiv
  1. verzôge
  2. verzögest
  3. verzöge
  4. verzögen
  5. verzöget
  6. verzögen
Futur 1
  1. werde verziehen
  2. wirst verziehen
  3. wird verziehen
  4. werden verziehen
  5. werdet verziehen
  6. werden verziehen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde verziehen
  2. würdest verziehen
  3. würde verziehen
  4. würden verziehen
  5. würdet verziehen
  6. würden verziehen
Diverses
  1. verzieh!
  2. verzieht!
  3. verziehen Sie!
  4. verzogen
  5. verziehend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor verziehen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een andere vorm geven sichverformen; umbilden; umformen; verzerren; verziehen
vervormen sichverformen; umbilden; umformen; verzerren; verziehen entarten; entstellen; reformieren; reorganisieren; verzerren

Synoniemen voor "verziehen":


Wiktionary: verziehen


Cross Translation:
FromToVia
verziehen koesteren; troetelen; vertroetelen; verwennen choyersoigner quelqu’un avec tendresse, avec affection.
verziehen koesteren; troetelen; vertroetelen; verwennen dorloter — soigner délicatement
verziehen trekken; paffen; schieten; vuren tirermouvoir vers soi, amener vers soi ou après soi.