Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Acker:
  2. Äcker:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Acker (Duits) in het Zweeds

Acker:

Acker [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Acker (Grund; Boden)
    jordbruksområde; jordbruksmark

Vertaal Matrix voor Acker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
jordbruksmark Acker; Boden; Grund landwirtschaftliche Nutzfläche
jordbruksområde Acker; Boden; Grund Ackerbaugebiet; Ackerbaugegend; Lanbaugebiet

Synoniemen voor "Acker":


Wiktionary: Acker

Acker
noun
  1. landwirtschaftlich genutzte Fläche, die regelmäßig bearbeitet wird

Cross Translation:
FromToVia
Acker fält; åker champ — Terrain de campagne
Acker förgås; spricka crever — Mourir

Äcker:

Äcker [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Äcker
    fält; åker
    • fält [-ett] zelfstandig naamwoord
    • åker [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Äcker:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fält Äcker Auen; Feld
åker Äcker