Fest in het Zweeds vertaald uit het Duits

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Fest:
- tillställning; fest; skiva; bjudning; kalas; firande; festival; bröllopsdag; årsdag
Wiktionary:
- Fest → fest
- Fest → fest, party, kalas, partaj, firande

Duits

Uitgebreide vertaling voor Fest (Duits) in het Zweeds

Fest (Festessen; Bankett; festlicheMaal; Galadiner)
tillställning; fest
- tillställning [-en] zelfstandig naamwoord
- fest [-en] zelfstandig naamwoord
Fest (Festlichkeit)
skiva; bjudning; fest
- skiva [-en] zelfstandig naamwoord
- bjudning [-en] zelfstandig naamwoord
- fest [-en] zelfstandig naamwoord
Fest (Festlichkeit)
fest; kalas; firande
- fest [-en] zelfstandig naamwoord
- kalas [-ett] zelfstandig naamwoord
- firande [-ett] zelfstandig naamwoord
Fest (Festival; Musikfest)
festival
- festival [-en] zelfstandig naamwoord
Fest (Jahresfest; Feiertag; Festtag; Feier; Geburtstag)
bröllopsdag; årsdag
- bröllopsdag [-en] zelfstandig naamwoord
- årsdag [-en] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bjudning	Fest; Festlichkeit	Empfang; Rezeption; informeller Empfang
bröllopsdag	Feier; Feiertag; Fest; Festtag; Geburtstag; Jahresfest	Hochzeitstag; Tag der Eheschließung
fest	Bankett; Fest; Festessen; Festlichkeit; Galadiner; festlicheMaal	Empfang; Empfänge; Feier; Feierlichkeit; Festabend; Festessen; Festlichkeit; Festmahl; Fete; Party; Rezeption; Stattlichkeit; Vierung; Zeremonie
festival	Fest; Festival; Musikfest
firande	Fest; Festlichkeit	Empfänge; Feier; Feierlichkeit; Feiern; Festlichkeit; Fete; Party; Stattlichkeit; Vierung; Zeremonie
kalas	Fest; Festlichkeit	Festabend; Schlemmerei; Schmaus
skiva	Fest; Festlichkeit	Album; Bund; Bündel; Festabend; Kostüm; Kästchen; LP; Langspielplatte; Paket; Postpaket; Päckchen; Rekord; Schallplatte; Scheibe; Schnitte; Stück; Zettel
tillställning	Bankett; Fest; Festessen; Galadiner; festlicheMaal
årsdag	Feier; Feiertag; Fest; Festtag; Geburtstag; Jahresfest	Geburtstag; Jubiläum
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skiva		durchschneiden; teilen

Fest

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• Fest	→ fest	↔ celebration — social gathering for entertainment and fun
• Fest	→ fest; party; kalas; partaj; firande	↔ party — social gathering