Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Impfung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Impfung (Duits) in het Zweeds

Impfung:

Impfung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Impfung
    vaccination; vaccinering
  2. die Impfung
    vaccination
  3. die Impfung (Impfstoff)
    vaccin; vaccination

Vertaal Matrix voor Impfung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vaccin Impfstoff; Impfung Impfstoff
vaccination Impfstoff; Impfung
vaccinering Impfung

Synoniemen voor "Impfung":


Wiktionary: Impfung

Impfung
noun
  1. Schutzimpfung, Erzeugung von Immunität gegen Infektionskrankheiten, Immunisierung

Cross Translation:
FromToVia
Impfung vaccination; vaccinering vaccination — inoculation with a vaccine