Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zusammensein:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zusammensein (Duits) in het Zweeds

Zusammensein:

Zusammensein [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zusammensein (Beisammensein)
    sammanträde; sammankomst
  2. Zusammensein
    samlade

Vertaal Matrix voor Zusammensein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
samlade Zusammensein
sammankomst Beisammensein; Zusammensein Andrang; Ansturm; Begegnung; Beratung; Besprechung; Einholen; Einziehen; Gedränge; Gewühl; Konferenz; Masse; Menge; Schar; Schwarm; Sitzung; Tagung; Treffen; Trupp; Unterredung; Verhandlung; Versammlung; Volksmenge; Zusammenfluß; Zusammenkunft; Zusammentreffen
sammanträde Beisammensein; Zusammensein

Synoniemen voor "Zusammensein":