Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. gelingen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor gelingen (Duits) in het Zweeds

gelingen:

gelingen werkwoord

  1. gelingen (fertigbringen; bestehen; schicken; )
    passera
    • passera werkwoord (passerar, passerade, passerat)

Vertaal Matrix voor gelingen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
passera ankommen; bestehen; durchsetzen; fertigbringen; gelingen; geraten; glücken; hinkommen; schicken; schmeißen; zurechtkommen Passieren; ablaufen; durchfahren; durchreisen; vergehen; verstreichen; vorbei gehen; vorbeifahren; vorübergehen; überholen

Synoniemen voor "gelingen":


Wiktionary: gelingen

gelingen
verb
  1. etwas erfolgreich zu Ende bringen

Cross Translation:
FromToVia
gelingen lyckas; utfalla; framgång; utföra réussir — Avoir une bonne ou une mauvaise issue.