Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. vervallen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vervallen (Duits) in het Zweeds

vervallen:

vervallen werkwoord

  1. vervallen
    gå ut; förfalla; upphöra; löpa ut
    • gå ut werkwoord (går ut, gick ut, gått ut)
    • förfalla werkwoord (förfaller, förföll, förfallit)
    • upphöra werkwoord (upphör, upphörde, upphört)
    • löpa ut werkwoord (löper ut, löpte ut, löpt ut)

Vertaal Matrix voor vervallen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förfalla vervallen abfaulen; baufällig werden; bröckeln; faulen; geringer werden; schlechter werden; sich krümeln; verfallen; verfaulen; vergehen; verkommen; verkrümeln; vermindern; vermorschen; verringern; wegfaulen; weniger werden; zerbröckeln; zerbröseln; zerfallen; zerkrümeln; zusammenfallen
gå ut vervallen aussteigen
löpa ut vervallen
upphöra vervallen ablassen; ausscheiden; etwas aufgeben; geraten; hingeraten; kommen; verzichten; zurücktreten