Customer in het Duits vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Duits: Meer gegevens...

customer:
- Kunde; Klient; Käufer; Erwerber; Auftraggeber; Debitor
Wiktionary:
- customer → Käufer, Abnehmer, Kunde, Kundin
- customer → Klient, Kunde

Engels

Uitgebreide vertaling voor customer (Engels) in het Duits

the customer (client)
der Kunde; der Klient; der Käufer; der Erwerber
- Kunde [der ~] zelfstandig naamwoord
- Klient [der ~] zelfstandig naamwoord
- Käufer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Erwerber [der ~] zelfstandig naamwoord
the customer (principal; client)
der Auftraggeber
- Auftraggeber [der ~] zelfstandig naamwoord
the customer

– A person or company to whom your company sells products or services. ¹
Kunde; der Debitor
- Kunde
- Debitor [der ~] zelfstandig naamwoord
the customer

– The account or contact with which a business unit conducts a business transaction. ¹
Kunde
- Kunde

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Auftraggeber	client; customer; principal	bidder; principal; principals
Debitor	customer	debtor
Erwerber	client; customer
Klient	client; customer	client; female client
Kunde	client; customer	client; female client; hearsay; tiding; unofficial report
Käufer	client; customer
-	client
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Kunde	customer	account
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	buyer; consumer; purchaser

someone who pays for goods or services²
A person or company to whom your company sells products or services.¹
The account or contact with which a business unit conducts a business transaction.¹

customer

noun

one who purchases or receives a product or service
- customer → Käufer; Abnehmer; Kunde

customer

noun

weiblicher Kunde
- Kundin → client; customer
jemand, der bei einem bestimmten Geschäft einkauft, ist dessen Kunde; der Käufer einer Ware; derjenige, der eine Dienstleistung in Anspruch nimmt; jeder, der für etwas zahlt (auch wenn die Leistung an einen Dritten geht)
- Kunde → customer

Cross Translation:

From	To	Via
• customer	→ Klient; Kunde	↔ client — (histoire) Romain qui se placer sous le patronage d’un citoyen noble ou puissant.