Engels

Uitgebreide synoniemen voor bony in het Engels

bony:

bony bijvoeglijk naamwoord

  1. bony
    bony; knuckly
  2. bony
    bony; skinny; emaciated
  3. bony
    bony
    • bony bijvoeglijk naamwoord
  4. bony
    gaunt; emaciated; bony
  5. bony
    – having bones especially many or prominent bones 1
    bony; boney
    – having bones especially many or prominent bones 1
    • bony bijvoeglijk naamwoord
      • a bony shad fillet1
      • her bony wrist1
      • bony fish1
    • boney bijvoeglijk naamwoord
  6. bony
    – very thin especially from disease or hunger or cold 1
    wasted; gaunt; bony; haggard; emaciated; pinched; cadaverous; skeletal
    – very thin especially from disease or hunger or cold 1
    • wasted bijvoeglijk naamwoord
      • kept life in his wasted frame only by grim concentration1
    • gaunt bijvoeglijk naamwoord
      • a nightmare population of gaunt men and skeletal boys1
    • bony bijvoeglijk naamwoord
      • emaciated bony hands1
    • haggard bijvoeglijk naamwoord
      • eyes were haggard and cavernous1
    • emaciated bijvoeglijk naamwoord
      • emaciated bony hands1
    • pinched bijvoeglijk naamwoord
      • small pinched faces1
    • cadaverous bijvoeglijk naamwoord
    • skeletal bijvoeglijk naamwoord
      • a nightmare population of gaunt men and skeletal boys1
  7. bony
    – composed of or containing bone 1
    bony; osteal; osseous
    – composed of or containing bone 1
    • bony bijvoeglijk naamwoord
    • osteal bijvoeglijk naamwoord
    • osseous bijvoeglijk naamwoord
      • osseous tissue1

Verwante woorden van "bony":


Alternatieve synoniemen voor "bony":


Antoniemen van "bony":


Verwante definities voor "bony":

  1. having bones especially many or prominent bones1
    • a bony shad fillet1
    • her bony wrist1
    • bony fish1
  2. very thin especially from disease or hunger or cold1
    • emaciated bony hands1
  3. composed of or containing bone1

Verwante synoniemen voor bony